Een overschot aan handelsruimte en vastgoedontwikkelaars

21 Januari 2015

Matti: ”Ik ben erkentelijk voor acties zoals ‘Kortrijk zaait'. Maar gezien de grote leegstand moeten we de resultaten van dat initiatief vooral niet overschatten. Het stadsbestuur mag niet op haar lauweren rusten. Een paar 100, misschien 1000 m² opnieuw vermarkten als er een paar 100.000 m² leeg staan of komen te staan is ver onvoldoende. We vragen dus om hier extra acties te voorzien.” Groensel: “Onderschat de stad de problematiek?” Matti: “Dat denk ik niet, maar hun aanpak lijkt me niet erg consequent. Er is nog heel wat leegstand die op ons afkomt, denk maar aan de ziekenhuizen of de zone tussen de Belgacomstite en de St-janslan, waar de gebouwen van de CM straks leeg komen te staan. Ik vraag me af wie binnen het stadsbestuur nu de regie in hand heeft? Op mijn vraag antwoorden zowel de schepen van economie als de schepen van ruimtelijke ordening. De eerste gaat kost wat kost op zoek naar ondernemers om lege panden te vullen, de laatste trekt volop investeerders aan om extra winkelpanden te bouwen. We zien liever een omvorming van de bestaande handelsruimte, om pas daarna te kijken wat nog extra nodig is.” Groensel: “Door de komst van K in Kortrijk hebben de looplijnen zich verplaatsen. Shoppers doen nu andere straten aan. Is er een andere aanpak nodig?” Matti: “Ongetwijfeld. En de stad moet de regie steviger in handen nemen. Al te vaak volgen ze de ideeën van de vastgoedontwikkelaars. Er is in deze stad een overschot aan handelsruimte, daarover kan iedereen het eens zijn. Het komt er dus op aan om keuzes te maken. Een kleiner handelscentrum met een grotere dichtheid aan ‘gebruikte winkelruimte’ zou de aanwezige handelaars en handelsactiviteit ten goede komen. We moeten dus de bestaande handelsruimte zelf regisseren en herorganiseren.” Groensel: “En dan staan er nog enkele nieuw bouwprojecten in de stijger…” Matti: “Dat is het eigenaardige. We moeten bij nieuwe ontwikkelingen zorgen dat ze de leegstand in de binnenstad niet verder de hoogte injagen. In die zin is – en ik zal mij genuanceerd uitdrukken - nieuwe handelsruimte op Site Blekerij onverstandig, contraproductief en een bedreiging voor de handel in de binnenstad. En als ik mijn bronnen mag geloven zelfs een bedreiging voor toekomstige investeringen in de binnenstad die de leegstand wel zouden kunnen aanpakken. Onze fractie wil zich uitdrukkelijk verzetten tegen hetgeen op vandaag op tafel ligt voor Site Bleekerij.” “Een ander belangrijk element is het vertrek van steeds meer diensten uit het centrum, denken we maar aan de CM. Het stadsbestuur slaagt er niet in om - in tegenstelling tot andere steden - diensten te concentreren in onze binnenstad, lees: in de stationsomgeving. Onze fractie zou graag een actieplan zien om deze trend te keren. In een aantrekkelijk stadscentrum is er bewoning, zijn er winkels en diensten. Hoe de stad die diensten terug wil aantrekken is op dit moment niet duidelijk.” Groensel: “Concreet, terug naar de opcentiemen?” Matti: “Samengevat wil Groen Kortrijk een stadsbestuur dat de regie strakker in de hand houdt, een stad die zelf de visie en daden kan bepalen, kortom de eerste en belangrijkste laag willen we zelf leggen. Dat zal visie, centen en daadkracht kosten. Meer druk op de eigenaars van de leegstaande panden zou daarbij zeker een oplossing kunnen zijn. Het gelijk houden en niet verhogen van de opcentiemen is in die zin niet verstandig. En nu zal men mij wellicht vertellen dat het veel beter is dan dat het vroeger was. Maar wie rond kijkt in de binnenstad ziet dat het nog niet genoeg is.” Nieuwsblad 23-01-2015: Ook Groen Kortrijk kijkt met stijgende verbazing naar de plannen van de stad...